Degenen die mijn taalstukjes lezen, weten dat ik een Volkskrantlezer ben. Uiteraard lees ik niet alles (het is gewoon een kwestie van tijd), maar bepaalde onderdelen en columns sla ik zelden over. Dat geldt bijvoorbeeld voor de columns van Frank Kalshoven en Peter de Waard. Beiden weten economische vraagstukken op een heel leesbare manier uiteen te zetten. Maar hoe doen ze dat? Wat maakt hun bijdragen zo prettig leesbaar? Kijk eens even mee met de volgende zinnen uit een column van Peter de Waard van 29 december 2011. Wat je hier ziet, is ongeveer een derde van het hele artikel:
“Als er een verkiezing zou worden gehouden van een woord dat in 2011 het meest buiten beeld is geraakt, zou aandeelhouderswaarde hoge ogen gooien. Met het overlijden van voormalig Elsevier-topman Pierre Vinken die het op de kaart had gezet, stierf ook de aandeelhouderswaarde een stille dood. … De tijd dat aandeelhouders een grote mond durfden op te zetten is wel even voorbij. … Dat vooral topmanagers schoon genoeg hebben van beleggers die snel hun slag willen slaan, is geen verrassing. … Bij ABN Amro en Stork bleek al snel dat Nederlandse beursfondsen daardoor aan de heidenen waren uitgeleverd. … De huidige Unilever-topman Paul Polman zei niet alleen dat zijn concern de kortetermijnbeleggers als kiespijn kon missen, hij voegde ook de daad bij het woord door de publicatie van kwartaalresultaten af te schaffen. Hij stelde de speculatie in landbouwproducten aan de kaak in Brussel.”
En? Wat valt op? Inderdaad: het is het idiomatische taalgebruik. De Waard gebruikt allerlei uitdrukkingen waardoor de tekst gaat leven: buiten beeld raken, hoge ogen gooien, op de kaart zetten, een stille dood sterven, een grote mond opzetten, schoon genoeg hebben van, snel hun slag slaan, aan de heidenen uitgeleverd, als kiespijn missen, de daad bij het woord voegen, aan de kaak stellen. Is het niet prachtig? Eigenlijk zou je de hele tekst moeten lezen, anders zou je misschien het idee kunnen krijgen dat De Waard het overdrijft, maar ik vind het juist mooi. Sterker nog, ik gebruik in mijn eigen vertaalwerk geregeld ook heel bewust uitdrukkingen en gezegden.
Mijn stelling is dat vertalingen levendiger en natuurlijker worden door goed gedoseerd gebruik van uitdrukkingen en gezegden. Ik geef een paar voorbeelden van Engelse zinnen en hun vertalingen uit teksten die ik de afgelopen weken heb vertaald:
When they asked for someone who could help out with marketing, I seized the opportunity! – Toen bleek dat ze op zoek waren naar iemand die met de marketing zou kunnen helpen, greep ik de kans met beide
handen aan.
It’s vital to keep a close eye on what’s happening in the market. – In mijn werk is het cruciaal dat je goed de vinger aan de pols houdt.
What’s next? – Wat staat er op stapel?
In the second half of 2012, we will revamp our intranet. – In de tweede helft van 2012 nemen we ons intranet helemaal op de schop.
Don’t let your working day be dictated by your inbox! – Laat je niet gek maken door je inbox.
Klanten vragen om een vertaling, maar ze willen een goed leesbare ‘tekst’. Dat doel kun je deels bereiken door slim gebruik te maken van uitdrukkingen. In plaats van dingen ‘uit te leggen’ kun je ze ook ‘uit de doeken doen’; in plaats van dingen ‘prioriteren’ kun je ze vaak ook ‘hoog op de agenda plaatsen’.
Kortom, kies als vertaler of schrijver niet altijd de letterlijke, voor de hand liggende optie, maar gebruik geregeld uitdrukkingen en gezegden die een glimlach op het gezicht van de lezer brengen. Machines kunnen dat niet. Vertalers en schrijvers van vlees en bloed wel.
De Waard gebruikt inderdaad opvallend taalgebruik, ik snap dat u er de mooie kant van inziet. Toch moet ik bekennen dat ik zijn tekst een beetje moeilijk te lezen vind, dat ik moet zoeken naar de essentie. Maar misschien zou dat duidelijker worden als ik het hele artikel lees.